Is je beroepscode een verdedigingslinie of een ere-zaak?

De beroepscode voor jeugd- en gezinsprofessionals vormt samen met de ‘Richtlijnen voor Jeugdhulp en Jeugdbescherming’ de professionele standaard. De richtlijnen ondersteunen professionals vakinhoudelijk, terwijl de beroepscode specifieke ethische richtlijnen biedt die van toepassing zijn op het handelen van de professional. En zowel beroepscode als richtlijnen zijn er in de eerste plaats om kinderen en gezinnen optimaal bij te kunnen staan. Het is algemeen bekend dat bij klachten via professioneel toezicht wordt getoetst of de professional heeft gehandeld volgens de beroepsstandaard. Dit beschermt zowel de cliënten als de beroepsgroep. Er zijn echter nog meer functies van de beroepscode en vooral heel waardevolle!

 

In de praktijk komen we vooral tegen dat de beroepscode er pas bij wordt gepakt als er spanning is of als er een klacht is. En dat is zonde. De beroepscode beschermt ons als professionals namelijk ook tegen organisatiebeleid, of beleid van financiers dat goede beroepsuitoefening in de weg staat. En hij beschermt dus ook kinderen en hun ouders tegen schadelijk beleid. En dat beleid is de reden waardoor we in het werk soms in de knel kunnen komen. Zeker als dit beleid door de jaren heen is vormgegeven zonder inhoudelijke zorgkennis. We kennen allemaal situaties waarin je niet kunt doen wat je eigenlijk denkt, of zelfs weet wat goed is voor een kind of voor ouders. Op zo’n moment kun je belemmerd worden om goede zorg te leveren volgens de professionele standaard, zoals bijvoorbeeld:

  • geen huisbezoek omdat dit geen staand beleid is;
  • geen tolk omdat er geen budget voor is;
  • geen verklarende analyse omdat voor de intake een uur staat;
  • geen supervisie-uren omdat je productie moet draaien;
  • gevraagd worden om een cliëntdossier te sluiten om risico’s voor de organisatie te beperken;
  • etc.

 

Kritisch denken is een peiler van ons vak

We zouden de beroepscode vaker vóór ons moeten laten werken en hem als analyse-instrument gebruiken om (samen met de organisatie) kritisch na te denken over ons eigen handelen, van collega’s, het organisatiebeleid en ook van het gemeentelijk beleid. Kritisch denken is namelijk een peiler van ons vak. Het stelt ons in staat om uit de reflex te blijven en vanuit reflectie onze keuzes te onderbouwen, wat essentieel is gezien de complexiteit van ons vakgebied.

De beroepscode geeft ons als beroepsgroep de legitimering om deskundig en autonoom te denken en te handelen en dat altijd in het belang van kinderen en gezinnen. En hij is een mooi hulpmiddel om te reflecteren als er twijfel is of spanning met beleidsafspraken of met andere zienswijzen van collega’s. Dit is een waarborg voor de beste zorg voor kinderen en gezinnen. De beroepscode is daarmee geen verdedigingslinie, maar een ere-zaak.

 

Goed om te weten

Alle beroepsverenigingen hebben een spreekuur waar je om advies kunt vragen over de voor jou geldende beroepscode.

Jolanda Winters is deskundig op het gebied van beroepsethiek en Beroepscodetolk. Zij helpt jeugd- en gezinsprofessionals en hun organisaties, maar ook gemeentes om aan de hand van beroepscode te reflecteren op situaties waar spanning op zit. Ze leert je om casuïstiek ‘af te pellen’ en te analyseren, waardoor duidelijk wordt welk besluit passend is voor goede zorg. Je kunt haar bereiken via jolanda@buroprofessionalisering.nl

De beroepscode voor professionals in sociaal werk vind je op de website van de BPSW